Renovatie Teniersflat

In 1971 verrees met de Teniersflat in Geleen-Zuid een typische galerijflat met 100 appartementen, verdeeld over 10 woonlagen. Destijds al kostenefficiënt gebouwd zonder tierlantijnen, en volgens de huidige standaarden helemaal gedateerd. Ondanks frustraties over ongemakken als tocht en warmteverlies, is de flat nog steeds geliefd bij een deel van de bewoners. Onder meer vanwege de ligging en de ruime opzet van de woningen: bijna 90m2 met drie slaapkamers.

Nu, 50 jaar later, staat een ingrijpende renovatie op de planning. In de voorbereidingsfase werd – naast een eigen projectregisseur en de gangbare partners zoals een architect en aannemer – ook iemand voor participatie intensief betrokken. Het doel is tweeledig: ophalen wat bewoners nodig hebben en ze nauw betrekken bij het verbeteren van de leefbaarheid van hun wijk.

EEN BOUWKUNDIG EN SOCIAAL PROJECT

Toen we besloten om de flat te renoveren, stelde Projectregisseur Vastgoedontwikkeling Daniëlle Weerts voor om Bart Temme te betrekken vanwege zijn verbondenheid met de wijk als communitymanager. Waar Daniëlle verantwoordelijk is voor álle aspecten rondom het proces (van bouwkundig tot sociaal), krijgt Bart de ruimte om al zijn aandacht te richten op het sociale aspect. “Dat is nodig, want de leefbaarheid in de wijk moet beter,” vertelt Bart. “Zoals bij vele hoogbouwprojecten leven ook de bewoners van de Teniersflat meer langs elkaar heen dan samen. Burenruzies escaleren om het minste of geringste, afgedankte meubelen worden in de gang gedumpt, vuilnis wordt soms van het balkon gegooid. Kortom, niemand voelt zich verantwoordelijk.”

RIJDENDE TREIN

Bij een ingrijpend project zoals de renovatie van de Teniersflat, kun je – in tegenstelling tot nieuwbouw – niet beginnen met een blanco canvas. Bart vergelijkt het proces met een rijdende trein. “In die trein zitten bewoners die er vanaf de eerste halte in zitten, bewoners die later zijn aangehaakt en bewoners die weten dat ze binnenkort uit zullen stappen. Daarnaast zijn ook collega’s aan boord zoals complexbeheerders, woonconsulenten of zorgverleners. Je kunt de trein niet stilzetten en iedereen laten uitstappen tijdens de verbouwing; je moet verbouwen terwijl de trein doordendert.”

"Het complex bestaat niet; achter al die 100 voordeuren wonen individuen met hun eigen zorgen, wensen en hobby’s"

SPANNEND

Daniëlle merkt op dat ze zelf soms te weinig beseft hoe spannend dit voor de bewoners is. “Dit is mijn werk. En daarmee is dit voor mij dagelijkse kost. Maar de meeste van onze bewoners zullen dit maar een keer in hun leven meemaken.” Het is daarom onze taak om goed te luisteren naar de zorgen en wensen van de bewoners, en daar vervolgens iets mee te doen.”

ALLES IS BESPREEKBAAR, MAAR NIET ALLES IS REALISEERBAAR

We kiezen ervoor om bewoners zo vroeg mogelijk in het proces te betrekken. Dat is enerzijds dé manier om op te halen wat bewoners nodig hebben om prettig te wonen, en anderzijds de verwachtingen goed te managen. Dat veel mensen hetzelfde willen, betekent niet automatisch dat we alles kunnen realiseren. “Soms weten we al snel dat iets niet kan,” zegt Bart. “Zo willen bijvoorbeeld meerdere bewoners dat er iets gedaan wordt aan de constructie van de liftschacht. Maar dat is bouwkundig dermate ingrijpend dat het niet realistisch is. En als we dat kunnen onderbouwen, is er vaak ook begrip voor.”

VERTROUWEN WINNEN BEGINT MET LUISTEREN

Een deel van de bewoners staat te springen om ideeën te delen, maar dat geldt lang niet voor iedereen. Volgens Bart bestaan er naast de enthousiaste bewoners nog twee groepen: zij die ZOwonen nog niet voldoende kennen – en die je nog mee kunt krijgen – en mensen waarvan je moet accepteren dat je ze nooit echt zal bereiken. “Ik kan er echt van balen als ik iemand niet aan boord krijg. Ik vind dit frustrerend, maar ik leg me erbij neer dat het soms verloren moeite is. Maar dan kan er ook meer aandacht en energie naar bewoners die wél meedoen.”

LUISTEREN KOST TIJD, VEEL TIJD

We hebben verschillende manieren om bewoners te bereiken. Van een brief met tekst en uitleg in de bus en posters in de gang tot appgroepjes met bewoners. Maar volgens Bart zijn de beste methodes om bewoners te leren kennen, de meest intensieve: gewoon aankloppen en zien wat er gebeurt. “Als ik dan word binnengelaten en ze bieden een kopje koffie aan, mag ik van mezelf ook niet meer op de klok kijken. Ik moet het laten gebeuren en voor lief nemen dat er soms een uur voorbijgaat zonder dat we het over de renovatie hebben gehad. Maar de eerste belangrijke stap is dan wel gezet.”

ETEN VERBINDT

Als we de leefbaarheid willen verbeteren, dat bewoners zich betrokken voelen bij hun buurt en af en toe naar elkaar omkijken, dan moeten ze elkaar leren kennen. In de galerij of bij de lift kruisen ze elkaar weliswaar dagelijks, maar van interactie is dan weinig sprake. Daarom organiseren Bart en Daniëlle regelmatig laagdrempelige evenementen op verschillende momenten van de dag. Zoals een koffie- en vlaaimoment in de middag, of een barbecue na werktijd in de zomer. Het is een universeel gegeven dat eten mensen bij elkaar kan brengen. Bewoners met verschillende achtergronden en culturen zijn daarna ook vaker geneigd elkaar vriendelijk te begroeten bij een volgende ontmoeting.

‘DE BEWONER’ BESTAAT NIET

Alle middelen die we inzetten om het contact met bewoners te vergroten en te verbeteren, dragen bij aan hetzelfde doel: elkaar zien. Of zoals Daniëlle concludeert: “In onze systemen staat deze renovatie bekend als R829-1. Dat is behoorlijk onpersoonlijk. Door alle persoonlijke ontmoetingen, heb ik geleerd dat ‘het complex’ niet bestaat: achter al die 100 voordeuren wonen échte mensen met hun eigen zorgen, wensen en hobby’s. En het is prettig om te merken dat onze bewoners steeds vaker zien dat ook ZOwonen een gezicht heeft. Dat ZOwonen, net als ‘het complex’, ook bestaat uit mensen met voornamen én eigenaardigheden.”

ZOwonen.com maakt gebruik van cookies om de website goed te laten functioneren en het gebruik te analyseren.

Meer informatie: Cookies Privacy